U hebt nu alle basisgegevens onder de knie. Lees deze handleiding door voor meer informatie over Propeller, het oplossen van problemen en informatie over sensors. U kunt de handleiding van A tot Z lezen of naar een specifiek hoofdstuk gaan voor meer informatie over een specifiek onderwerp!
1. Sensoren
a. Doses registreren
b. Doses opslaan
c. Herinneringsgeluiden
d. Onderhoud van de sensor
2. Synchroniseren
a. Hoe werkt synchroniseren?
b. Problemen met synchroniseren oplossen
c. Syncing Resources
3. Providerportal
a. Synchronisatiestatus controleren
b. Meldingen
c. Astmacontrolestatus
1. Sensors
Doses registreren
Elk type sensor registreert doses net iets anders. We adviseren verschillende technieken om te zorgen dat de sensoren van patiënten hun doses registreren. Meer informatie over de beproefde methoden is te vinden in de volgende artikelen:
- Techniek voor MDI-sensor
- Techniek voor Ellipta-sensor
- Techniek voor Diskus-sensor
- Techniek voor Respimat-sensor
- Techniek voor Breezhaler-sensor
Doses opslaan
Propeller-sensoren kunnen honderden doses opslaan. Als een patiënt de sensor bepaalde tijd niet kan synchroniseren, zal deze de geregistreerde doses dus opslaan totdat de sensor opnieuw kan worden gesynchroniseerd. Na deze nieuwe synchronisatie zullen de doses in de providerportal en in de tijdlijn van de patiënt in de Propeller-app worden weergegeven.
Herinneringsgeluiden
Alle sensoren, behalve sensoren voor MDI met een blauwe knop, kunnen herinneringsgeluiden afspelen voor patiënten.
Het eerste herinneringsgeluid klinkt op de geplande dosistijd. Er klinkt opnieuw een herinneringsgeluid als de sensor niet binnen 10 minuten na de geplande dosistijd een dosis heeft geregistreerd. Nog eens 10 minuten later klinkt een derde herinneringsgeluid (tenzij de patiënt de dosis inneemt). Patiënten kunnen hun herinneringsgeluid ook dempen door tijdens het afspelen een keer op de knop aan de zijkant te drukken. Daarmee zullen alle volgende herinneringen worden geannuleerd.
Waarom worden herinneringsgeluiden mogelijk niet afgespeeld?
- Mogelijk zijn de herinneringsgeluiden uitgeschakeld. U kunt ze weer inschakelen via de Propeller Health-app of door de instructies in dit artikel te volgen.
- Mogelijk heeft de patiënt de dosis ingenomen voordat het tijd was. Het herinneringsgeluid zal bijvoorbeeld niet worden afgespeeld als de eenmaal daagse dosis Ellipta om 12.00 uur is gepland en de sensor om 11.30 uur een dosis registreert. (opmerking: De herinnering zal wel worden geactiveerd als de patiënt de dosis langer dan 2 uur voor de geplande tijd inneemt. Als de patiënt in het bovenstaande voorbeeld de dosis Ellipta om 9.45 uur inneemt, zal om 12.00 uur wel een herinneringsgeluid worden afgespeeld.)
- De patiënt heeft mogelijk handmatig een dosis in de app geregistreerd voordat de geplande dosistijd aanbreekt. De sensor laat bijvoorbeeld geen geluid horen als hij/zij om 10.55 uur handmatig de Ellipta-dosis van 12.00 uur registreert in de Propeller Health-app.
Onderhoud van de sensor
De batterijen van de sensor gaan ongeveer een jaar mee. Daarna moet de hele sensor worden vervangen. De batterij van de sensor is leeg als er geen lampje gaat branden wanneer je op de knop aan de zijkant drukt.
Een patiënt of zorgverlener kan de sensor recyclen net als alle andere elektronische apparaten. De sensor bevat een lithiumbatterij; deze mag niet in het huishoudelijk afval komen.
De patiënt moet de sensor van zijn of haar inhalator verwijderen om de sensor te kunnen schoonmaken. De sensor kan daarna worden afgenomen met een schone, droge doek.
Propeller-sensoren zijn wel spatwaterdicht, maar niet waterdicht. Het is dus geen probleem als een patiënt de sensor kort gebruikt op een regenachtige dag, maar het is geen goed idee de sensoren naast de wastafel neer te leggen. De sensoren moeten niet worden afgespoeld, worden afgeveegd met een natte doek of in de vaatwasser worden gedaan.
2. Synchroniseren
Hoe werkt synchroniseren?
Tijdens het synchroniseren worden gebruiksgegevens van de sensor overgedragen naar het Propeller-systeem. De synchronisatie moet continu plaatsvinden, zodat de gegevens naadloos worden overgedragen. Als een patiënt de inhalator met de sensor gebruikt, wordt de dosis automatisch geregistreerd. De dosis zal direct naar Propeller worden verzonden als de gegevens al worden gesynchroniseerd. Wanneer de gebruiksinformatie het Propeller-systeem bereikt, wordt deze naar de providerportal en mobiele app verzonden. Daarna worden de gegevens weergegeven in grafieken, rapporten, diagrammen en meldingen.
De synchronisatie van onze sensoren is vergelijkbaar met het gebruik van een auto met Bluetooth™-technologie. De stereo-installatie in de auto maakt verbinding met uw smartphone zodra u het voertuig start, ook al merkt u alleen dat het systeem werkt als ueen oproep beantwoordt via de luidsprekers in uw auto. De Propeller-sensoren horen op dezelfde manier altijd op de achtergrond te synchroniseren met de smartphone/Hub van de patiënt, ook al merkt deze dat alleen als hij/zij de inhalator gebruikt. De sensor zal dan de dosis registreren, waarna deze direct wordt weergegeven in de app en providerportal.
Problemen met synchroniseren oplossen
Er zijn een paar factoren die je moet onthouden om de beste synchronisatie voor patiënten te garanderen:
- Bluetooth™-technologie moet zijn ingeschakeld, anders kunnen de sensoren van de patiënt niet synchroniseren. De sensoren moeten echter niet worden gekoppeld via de Bluetooth™-instellingen van het apparaat. Propeller-sensoren moeten alleen worden gesynchroniseerd via de Propeller Health-app.
- Sommige patiënten geven aan dat de batterij van hun telefoon sneller leeg is als Bluetooth™ blijft ingeschakeld. Onze sensoren maken gebruik van Bluetooth™ Low Energy-technologie. De batterij van het apparaat hoeft dus niet leeg te raken, mits alles goed is ingesteld. Als de patiënt Bluetooth™ liever uitschakelt, kan deze de instructies in dit artikel volgen om te zorgen dat de gegevens toch worden gesynchroniseerd.
- De sensoren en de smartphone, tablet of Hub van de patiënt moeten dicht genoeg bij elkaar zijn om te kunnen communiceren. Over het algemeen moeten de sensoren zich in dezelfde ruimte bevinden om te kunnen synchroniseren. Als de sensoren lange tijd niet in de buurt van de Hub of smartphone zijn, zullen ze de gegevens overdragen wanneer ze weer bij elkaar in de buurt zijn.
- Sommige patiënten bewaren hun controlemedicijnen in de badkamer; dat kan een aardig eindje uit de buurt zijn van hun smartphone/tablet of Hub. Mogelijk moeten ze hun Hub aansluiten op een stopcontact dichterbij hun badkamer of hun telefoon meenemen als ze de inhalator met controlemedicijn gebruiken.
- Sommige kinderen bewaren een noodinhalator op school. Alle gegevens die door die sensor worden verzameld, zullen alleen naar het Propeller-systeem worden verzonden als deze zich dicht genoeg bij de smartphone of Hub van de ouder bevindt om te kunnen synchroniseren.
- Sommige patiënten bewaren hun controlemedicijnen in de badkamer; dat kan een aardig eindje uit de buurt zijn van hun smartphone/tablet of Hub. Mogelijk moeten ze hun Hub aansluiten op een stopcontact dichterbij hun badkamer of hun telefoon meenemen als ze de inhalator met controlemedicijn gebruiken.
- De patiënt moet een stabiele en snelle internetverbinding hebben om gebruiksgegevens van de inhalator snel van de sensoren naar het Propeller-systeem te kunnen overdragen. Net als bij andere apps of websites zullen de gegevens langzaam worden overgedragen als de internetverbinding traag is. De verbinding werkt wel, maar er is misschien sprake van vertraging.
- Als een patiënt bijvoorbeeld een natuurgebied met slechte mobiele dekking bezoekt en de noodinhalator gebruikt, kan het langer dan gewoon duren om de gegevens over het gebruik van de sensor naar het Propeller-systeem te verzenden en weer te geven in de tijdlijn in de app of providerportal.
- Patiënten die synchroniseren met Hubs moeten controleren of de Hub de best mogelijke verbinding kan maken. De Hub moet worden aangesloten op een stopcontact in een ruimte met goede mobiele ontvangst – dat is een signaal dat de Hub betere ontvangst heeft.
- Als een patiënt de Hub bijvoorbeeld aansluit en de lampjes geen geslaagde synchronisatie aangeven, kan hij/zij beter nog wat andere ruimten en stopcontacten proberen. Soms is er op de ene plek in het huis veel betere ontvangst dan ergens anders!
Meer informatie over synchroniseren
Als uw patiënten meer informatie over continue synchronisatie van hun sensoren willen, kunt u ze verwijzen naar de volgende artikelen in ons ondersteuningscentrum voor patiënten. Neem contact op met de klantenservice van Propeller als u of uw patiënt problemen met het synchroniseren ondervindt. We helpen u graag om te zorgen dat uw sensoren weer synchroniseren!
- Synchroniseren met smartphone/tablet:
- Hub synchroniseren:
3. Providerportal
Synchronisatiestatus controleren
De gemakkelijkste manier om te zien of een sensor van een noodmedicijn van een patiënt synchroniseert, is door na het aanmelden bij de providerportal naar het hoofdscherm te gaan. Zoek de patiënt en ga naar de kolom 'Laatste synchronisatie met sensor voor noodmedicijn'. De vermelde datum is van het laatste moment waarop de sensor van het noodmedicijn werd gesynchroniseerd. Als in plaats daarvan 'N.v.t.' in de kolom staat, betekent dit dat er geen sensor voor een noodmedicijn is.
Klik op de naam van de patiënt om de detailweergave te openen en te zien wanneer de sensor voor het controlemedicijn van de patiënt voor het laatst werd gesynchroniseerd. Schuif naar het diagram 'Gebruik van controlemedicijn' om te zien wanneer de sensor van het controlemedicijn voor het laatst werd gesynchroniseerd. De datum waarop het diagram van wit naar grijs verandert, is de datum waarop we voor het laatst bericht van de sensor ontvingen. Klik op het diagram en zoek 'Laatste synchronisatie: [datum]' voor een exacte datum voor elke sensor.
Als u een patiënt niet kunt vinden in de lijst 'Mijn patiënten' is de kans groot dat de patiënt op de lijst 'Sensor inactief' staat omdat er te weinig werd gesynchroniseerd. Meer informatie over patiënten die naar de lijst 'Sensor inactief' verschuiven, is te vinden in dit artikel.
Als de sensor van een patiënt niet is gesynchroniseerd, komt dit mogelijk doordat de Bluetooth™-technologie niet is ingeschakeld op de smartphone of tablet. U kunt in de providerportal controleren of Bluetooth™ was ingeschakeld toen de Propeller Health-app voor de laatste keer werd gebruikt. Ga daarvoor naar het tabblad 'Patiëntinformatie' in het scherm 'Patiëntgegevens'. Onder het kopje 'Medicijnen en sensoren' ziet u met welk apparaat de sensoren voor het laatst synchroniseerden en of Bluetooth™ was in- of uitgeschakeld.
Meldingen
- De soorten meldingen die naar providers worden verzonden, zijn afhankelijk van de ademhalingsziekte van de patiënt.
- Meldingen voor COPD-patiënten:
- Vier achtereenvolgende dagen zonder geregistreerde dosis van het controlemedicijn
- Voorziene verslechtering voor de patiënt
- Meldingen voor astmapatiënten:
- Vier achtereenvolgende dagen zonder geregistreerde dosis van het controlemedicijn
- Status van patiënt verandert in 'Niet goed onder controle'*
- Status van patiënt verandert in 'Heel slecht onder controle'*
- Meldingen voor COPD-patiënten:
- * Specifieke informatie over meldingen voor statusveranderingen:
- De providerportal verzendt alleen meldingen naar zorgteams als een patiënt voor de eerste keer een slechtere status heeft. We zullen geen tweede melding verzenden als de patiënt de status 'Niet goed onder controle' of 'Heel slecht onder controle' heeft en binnen 24 uur opnieuw die status krijgt (bijvoorbeeld door nachtelijk gebruik van het noodmedicijn).
- Als een patiënt echter binnen 24 uur twee verschillende lagere statussen krijgt (zoals binnen één dag van 'Goed onder controle' naar 'Niet goed onder controle' en 'Heel slecht onder controle') ontvangen providers meldingen voor beide verslechteringen.
- De providerportal verzendt geen melding als de status van controle over astma voor een patiënt verbetert en 'Goed onder controle' of 'Niet goed onder controle' wordt na een lagere score.
- Als een patiënt in één keer gegevens voor verschillende dagen synchroniseert vanaf de sensor (in plaats van dagelijkse synchronisatie van de dosis), ontvangen providers alleen meldingen voor gegevens voor de afgelopen 24 uur. Alle meldingen die in de tijd waarin ze niet synchroniseerden zouden zijn gegenereerd, zullen niet worden verzonden.
Astmacontrolestatus
De astmacontrolestatus (ACS) is gebaseerd op de richtlijnen van het NHLBI. Deze nationale normen worden gebruikt om te berekenen hoe goed een patiënt de astma onder controle heeft. We gebruiken de informatie die door de Propeller-sensoren en Propeller-app wordt verzameld om de astmacontrolestatus voor elke patiënt te bepalen. Dit artikel bevat meer informatie over de astmacontrolestatus.
Als de patiënt minimaal 12 jaar is, kunt u de astmacontrolestatus vaststellen aan de hand van het volgende diagram:
COMPONENTEN VAN CONTROLE | GOED ONDER CONTROLE | NIET GOED ONDER CONTROLE | HEEL SLECHT ONDER CONTROLE |
SYMPTOMEN | Meldde 2 dagen of minder per week symptomen | Meldde meer dan 2 dagen per week symptomen | Meldde deze week elke dag symptomen overdag |
NACHTELIJK ONTWAKEN | Had deze maand 2 keer of minder last van nachtelijk ontwaken (gem. over de afgelopen 30 dagen) | Had deze week 1-3 keer last van nachtelijk ontwaken (gem. over de afgelopen 30 dagen) | Had deze week 4 keer of vaker last van nachtelijk ontwaken (gem. over de afgelopen 30 dagen) |
NOODGEBRUIK | Had deze week 2 dagen of minder last van een noodsituatie | Deze week was er meer dan twee dagen sprake van een noodsituatie | Had deze week elke dag verschillende keren last van een noodsituatie |
Als de patiënt jonger dan 12 jaar is, kunt u de astmacontrolestatus vaststellen aan de hand van het volgende diagram:
COMPONENTEN VAN CONTROLE | GOED ONDER CONTROLE | NIET GOED ONDER CONTROLE | HEEL SLECHT ONDER CONTROLE |
SYMPTOMEN | Meldde 2 dagen of minder per week symptomen | Meldde meer dan 2 dagen per week symptomen | Meldde deze week elke dag symptomen overdag |
NACHTELIJK ONTWAKEN | Had deze maand 1 keer of minder last van nachtelijk ontwaken (gem. over de afgelopen 30 dagen) | Had deze maand 2 keer of vaker last van nachtelijk ontwaken (gem. over de afgelopen 30 dagen) | Had deze week 2 keer of vaker last van nachtelijk ontwaken (gem. over de afgelopen 30 dagen) |
NOODGEBRUIK | Had deze week 2 dagen of minder last van een noodsituatie | Deze week was er meer dan twee dagen sprake van een noodsituatie | Had deze week elke dag verschillende keren last van een noodsituatie |
Opmerkingen
0 opmerkingen
Artikel is gesloten voor opmerkingen.